Oorontsteking

Met oorontsteking bij een hond wordt meestal een ontsteking van de uitwendige gehoorgang bedoeld. Het veroorzaakt jeuk, wat tot gevolg heeft dat de hond gaat krabben of met zijn kop gaat schudden.

Wat is een ontsteking van de gehoorgang?
Oor en gehoororgaan van een gezonde hond.

Oor en gehoororgaan van een gezonde hond.

De uitwendige gehoorgang, de gang die van de buitenwereld naar het trommelvlies loopt, is aan de binnenkant bekleed met huid. Op die huid leven bacteriën en kliertjes in de huid produceren een kleverige stof die we oorsmeer noemen. In de gehoorgang is het warm en vochtig en bij gezonde dieren is alles er rustig en in evenwicht.
Dit evenwicht kan door een aantal oorzaken verstoord raken. Het gevolg van die verstoring is dat er schadelijke bacteriën of gisten gaan groeien die zorgen voor een verdere verslechtering van het milieu in de gehoorgang. Er ontstaat jeuk waardoor de hond gaat krabben aan het ontstoken oor. Dit wordt een ontstoken uitwendige gehoorgang genoemd oftewel een otitis externa.

Wat veroorzaakt een oorontsteking?
De gehoorgang is rood en gezwollen tengevolge van de ontsteking.

De gehoorgang is rood en gezwollen tengevolge van de ontsteking.

Oorontsteking is dus het gevolg van verandering van het milieu in de gehoorgang. Het is dus van belang om te weten welke factoren hierbij een rol kunnen spelen.

  • Te weinig ventilatie in de gehoorgang. Dit kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van te veel oorsmeer, waardoor de gehoorgang geheel of gedeeltelijk afgesloten wordt. Vooral in combinatie met haargroei in de gehoorgang zal dit leiden tot een verstikkend milieu waarin schadelijke bacteriën gemakkelijk de overhand kunnen krijgen
  • Lange, hangende oorschelpen met zware haargroei of veel klitten kunnen de gehoorgang afsluiten met uiteindelijk een oorontsteking tot gevolg. Dit is de reden dan Cocker spaniels zo gevoelig zijn voor een oorontsteking.
  • Water in de oren kan het milieu zodanig veranderen dat schadelijke bacteriën een kans krijgen en een oorontsteking ontstaat.
  • Omdat de gehoorgang bekleed is met huid kan een huidallergie ook in de gehoorgang problemen veroorzaken.
  • Oormijten zijn bij pups nog wel eens de oorzaak van een oorontsteking. Bij oudere dieren zien we ze zelden.
Voorkomen van oorontsteking

Preventieve maatregelen zijn gericht op het behouden van een gezond milieu in de gehoorgang. Haren in de gehoorgang dienen verwijderd te worden door ze er regelmatig uit te trekken. Honden die er gevoelig voor zijn (Golden retrievers) kunnen beter niet zwemmen, of de oren dienen na het zwemmen zorgvuldig afgedroogd te worden. Oorsmeer speelt een belangrijke rol in de gehoorgang, maar teveel kan juist problemen veroorzaken. In dit geval kan een oorcleaner nuttig zijn.

Aan hangende oren is uiteraard niets te veranderen, maar zorg dat de oorschelpen geen overvloedige haargroei of zelfs klitten gaan krijgen. Dit verhoogt namelijk het gewicht, waardoor de gehoorgangen nog meer afgesloten zullen worden.

Behandeling

De dierenarts zal middels een otoscoop de gehoorgang inspecteren om vast te stellen of er sprake is van otitis externa, en wat daarvan de oorzaak is. Ook zal gecontroleerd worden of het trommelvlies nog intact is. Het toedienen van bepaalde medicijnen kan namelijk vervelende gevolgen hebben als het trommelvlies gescheurd is.

Meestal begint de behandeling met het schoonspoelen van de gehoorgang. Medicijnen kunnen hun werk namelijk niet of niet goed doen wanneer er veel oorsmeer en ontstekingsproducten in de gehoorgang aanwezig zijn. Soms gaat de hond voor dit schoonspoelen even onder narcose. De reden hiervan is dat ontstoken gehoorgangen vaak erg pijnlijk zijn. Bovendien zal heftig verzet van het dier een grondige reiniging belemmeren.

In veel gevallen zal een zalf worden voorgeschreven die een ontstekingsremmer en antibiotica bevat. Deze zalf moet een of twee keer per dag diep in de gehoorgang gebracht worden. Deze behandeling dient minimaal 14 dagen te worden voortgezet. Korter behandelen geeft een grote kans op terugkeer van het probleem.

In ernstige of chronische gevallen zal de dierenarts wat materiaal uit het oor halen om een bacteriekweek te laten doen. Op die manier wordt duidelijk welke bacterie of gist in het oor zit en met welk antibioticum deze het beste bestreden kan worden.

De vooruitzichten van een oorontsteking

Een ongecompliceerde oorontsteking zal meestal goed genezen, mits op tijd met de behandeling wordt begonnen en de behandeling lang genoeg wordt doorgezet. Uit het bovenstaande zal duidelijk zijn dat alleen oorzalf het probleem vaak niet definitief op zal lossen. Is er sprake van allergie, dan zal daar aandacht aan geschonken moeten worden. Dit kan betekenen dat de hond een speciaal dieet nodig heeft en in sommige gevallen zelfs levenslange medicatie.

Waarschuwing: Het doel van dit artikel is achtergrondinformatie te geven over een bepaalde aandoening. Het vervangt niet het advies van een dierenarts en het is zeker niet de bedoeling dat u zelf de diagnose gaat stellen. Raadpleeg altijd een dierenarts als u twijfelt aan de gezondheid van uw hond of kat.

Hypothyreoïdie bij de hond

Hypothyreoïdie is de officiële naam die gebruikt wordt voor een te traag werkende schildklier. Het is een aandoening die bij middelgrote en grote honden regelmatig gezien wordt.

In principe kunnen honden van alle rassen deze ziekte krijgen, maar bij een aantal rassen zien we de aandoening duidelijk vaker. Golden retrievers, Labradors, Doberman pinchers, Ierse setters, Cocker spaniels en Airedale terriers zijn enkele voorbeelden van rassen waarbij hypothyreoïdie vaker dan gemiddeld voorkomt. Bij Duitse herders en kruisingen zien we deze aandoening juist minder vaak. Bij de miniatuur rassen zien we slechts zelden een te traag werkende schildklier.

Oorzaak

De oorzaak van een te traag werkende schildklier ligt bij het dier zelf. Het immuunsysteem van de hond richt zich tegen de eigen schildkliercellen en veroorzaakt daardoor een langzame vernietiging van de schildklier. Waarom dit gebeurt is niet bekend. Ziekten waarbij het lichaam zich keert tegen de eigen cellen noemen we auto-immuun ziekten.

Gevolg

De taak van de schildklier is de productie van het schildklierhormoon Thyroxine, ook vaak aangeduid als T4. Als gevolg van de afbraak van de schildklier zal bij honden met hypothyreoïdie steeds minder van dit hormoon aangemaakt worden.

Verschijnselen

Thyroxine speelt een belangrijke rol bij de regulering van de stofwisseling. Omdat een goede stofwisseling van belang is voor alle organen in het lichaam kunnen honden met een te traag werkende schildklier allerlei verschillende verschijnselen krijgen. De volgende symptomen kunnen bij honden met hypothyreoïdie voorkomen:

  • Sloomheid, veel liggen, sjokkende gang
  • Dik worden ondanks weinig eten
  • Niet afvallen ondanks een afvaldieet
  • Wisselende kreupelheid aan wisselende benen
  • Vachtproblemen zoals jeuk, schilfers en kaalheid
  • Warme ligplaatsen opzoeken
  • Trage hartslag

Diagnose

Het is vaak niet eenvoudig om de diagnose hypothyreoïdie bij de hond definitief te stellen. Bovenstaande symptomen zijn niet specifiek, dat wil zeggen dat deze verschijnselen ook bij dieren voor kunnen komen die aan een andere aandoening dan een te traag werkende schildklier lijden. Verder vertonen honden met hypothyreoïdie meestal niet alle van de genoemde verschijnselen. Vooral het gecombineerd voorkomen van een aantal van de opgesomde symptomen zal bij de dierenarts de verdenking hypothyreoïdie veroorzaken.
Bij een hond die verdacht wordt van een te traag werkende schildklier zal de volgende stap zijn het uitvoeren van een bloedonderzoek. Hierbij zal als eerste de concentratie van het schildklierhormoon gemeten worden. Bij dieren met hypothyreoïdie zal die concentratie duidelijk lager zijn dan bij gezonde honden. Tot zover lijkt de diagnose dus eenvoudig.
Er is echter een probleem: er zijn diverse ziekten buiten de schildklier die een (tijdelijke) verlaging van het T4 gehalte in het bloed veroorzaken. Uit een laag T4 in het bloed mag dus niet automatisch de conclusie getrokken worden dat er sprake is van een te traag werkende schildklier. Vaak zullen nog andere bloedtesten uitgevoerd moeten worden die, samen met het voorkomen van een of meer van de hiervoor genoemde verschijnselen, tot de diagnose hypothyreoïdie kunnen leiden.

Behandeling

De behandeling van honden met hypothyreoïdie is eenvoudig. Door dagelijks tabletjes met schildklierhormoon te geven zal de concentratie in het bloed normaal worden en zullen de meeste verschijnselen na enkele weken verdwijnen.  De hond dient wel levenslang behandeld te worden.

Waarschuwing: Het doel van dit artikel is achtergrondinformatie te geven over een bepaalde aandoening. Het vervangt niet het advies van een dierenarts en het is zeker niet de bedoeling dat u zelf de diagnose gaat stellen. Raadpleeg altijd een dierenarts als u twijfelt aan de gezondheid van uw hond of kat.

Vlooien

Vlooien. Misschien wel het meest besproken onderwerp op websites van dierenartsen, blogs van dierenliefhebbers en andere internetpagina’s die iets te maken hebben met honden en katten. Er bestaan wel 200 verschillende soorten en veel dieren hebben hun eigen vlooiensoort. Er bestaan hondenvlooien, kattenvlooien, konijnenvlooien en zelfs egelvlooien. Deze laatste soort is wat groter en wordt vaak gebruikt in het vlooientheater, een kermisattractie waarin vlooien allerhande kunstjes vertonen. Veel trekken vlooien zich overigens niet aan van hun naam. Zo is de meest voorkomende vlo bij de hond de kattenvlo. Mensenvlooien bestaan ook maar zijn in ons land zeldzaam. De vlooien van onze huisdieren lusten echter ook mensenbloed en deinzen er niet voor terug om ‘vreemd’ te gaan op de arm of een been van de baas. Misschien is dat wel de belangrijkste reden dat dit onderwerp zoveel aandacht krijgt op het internet.

Zwarte korreltjes tussen de haren zijn uitwerpselen van vlooien en bewijzen dus dat de hond of kat vlooien heeft.

Zwarte korreltjes tussen de haren zijn uitwerpselen van vlooien en bewijzen dus dat de hond of kat vlooien heeft.

Uit het feit dat er zoveel aandacht aan het probleem van vlooien bij huisdieren wordt besteed kun je ook opmaken dat het kennelijk een moeilijk op te lossen probleem is. En dat klopt. Met regelmaat zien wij huisdiereigenaren op de praktijk die soms bijna hopeloos zijn omdat ze maar niet van de vlooien op hun hond of kat af kunnen komen. En de reden daarvoor is niet dat er te weinig keus is aan antivlooienmiddelen. Typ ‘vlooienbestrijding’ in op Google en er verschijnen minstens 10 verschillende middelen om vlooien bij honden en katten mee te lijf te gaan. En de meeste van die middelen werken prima. Er gaan veel verhalen rond over resistentie van vlooien tegen bepaalde middelen, maar resistentie tegen de moderne vlooienmiddelen die op dit moment in de handel zijn is nooit aangetoond. Resistentie tegen een vlooien dodend middel kan zeker ontstaan, maar op dit moment speelt het geen belangrijke rol.

De reden dat vlooienbestrijding soms zo moeilijk en frustrerend is zit hem dan ook niet in de gebruikte middelen, maar in de manier waarop die middelen toegepast worden. Falende vlooienbestrijding wordt veroorzaakt door een paar moeilijk uit te roeien misverstanden.

Vlooien uitgelicht

De drie grootste misverstanden over vlooienbestrijding:

1. Een vlooienbesmetting speelt zich voornamelijk af op de hond of de kat

Volwassen vlooien leven inderdaad op de huid van hun gastheer. De eitjes die ze produceren en de larven en poppen die daar uit komen bevinden zich echter in de omgeving van het dier, uw huis dus. Om je een idee te geven: voor iedere vlo op de hond of de kat zijn er 25 eieren of larven in huis aanwezig. Het vlooienmiddel doodt keurig alle op de hond of de kat aanwezige volwassen vlooien, maar omdat vanuit de omgeving steeds weer nieuwe vlooien het dier bespringen lijkt het alsof het middel niet heeft gewerkt.

2. Vlooien bestrijd je pas als een dier vlooien heeft

Heeft een dier eenmaal vlooien dan is het, vooral vanwege de besmetting van de omgeving, soms erg moeilijk om er vanaf te komen. Vlooienmiddelen dienen om die reden het gehele jaar door gebruikt te worden. Zoals zo vaak geldt ook hier dat voorkomen beter is dan genezen. Door regelmatig een vlooienmiddel te gebruiken kan de infectie zich niet opbouwen.

3. In de winter hoef je geen vlooienmiddelen te gebruiken

Hoe hoger de temperatuur, hoe sneller de cyclus van de vlo verloopt. Dat is de reden dat een paar warme dagen vaak een enorme explosie aan vlooienuitbraken veroorzaken. Maar in onze verwarmde huizen kunnen ze ook in de winter hun cyclus prima rond krijgen.

De drie belangrijkste tips over vlooienbestrijding:

1. Bestrijd vlooien het gehele jaar en wacht niet tot u vlooien ziet

Door het gehele jaar door aan vlooienbestrijding te doen voorkomt u dat zich een besmetting in huis opbouwt. Vlooien die op uw hond of kat terechtkomen zullen dood gaan voordat ze de kans krijgen om eitjes te produceren. Het zal dus nooit tot een besmetting van uw huis kunnen komen.

2. Behandel alle in huis aanwezige honden en katten

Als de hond netjes wordt behandeld maar de kat wordt vergeten dan zal die de bron kunnen vormen voor de besmetting van de omgeving. Op de hond zullen dan, ondanks de behandeling met een vlooienmiddel, regelmatig vlooien te zien zijn.

3. Volg nauwkeurig de gebruiksaanwijzing van het middel dat je gebruikt

Dit heeft niet alleen te maken met de wijze waarop het middel opgebracht moet worden, maar ook met de frequentie. Veel pipetjes hebben een werkingsduur van 4 weken, wat betekent dat na 4 weken een nieuwe pipet opgebracht moet worden. Doe je dit te laat dan is de hond of kat een tijdje niet beschermd, met als gevolg dat zich in huis  een besmetting kan gaan opbouwen met alle gevolgen van dien.

Zoals al even aan de orde kwam zijn eigenlijke alle moderne vlooienmiddelen goed werkzaam tegen volwassen vlooien. Er zijn wel wat verschillen in activiteit tegen de tussenstadia. De keus is enorm. Er bestaan poeders, sprays en shampoos, middelen die je op de huid druppelt en banden die je om de hals van de hond bevestigt. De laatste innovatie is een tablet die eenmaal per 3 maanden gegeven moet worden. Komt u een keer langs bij Dierenkliniek Van der Meiden dan leggen we u graag de mogelijkheden uit.

O ja, nog even dit: knoflook werkt niet, net zo min als de zogenaamde ‘’natuurlijke’ vlooienmiddelen.

 

Anaalklierproblemen bij de hond

Aan weerszijden van de anus liggen, ingebed in de kringspier, twee orgaantjes die anaalklieren genoemd worden. Het zijn kleine zakjes met een sterk ruikende – zeg maar gerust erg stinkende – vloeistof. Bij de voorouders van de hond speelden deze klieren een rol bij het afbakenen van het territorium.
De anaalklieren van een hond, ook wel anaalzakjes genoemd, worden regelmatig geleegd. Het passeren van de ontlasting speelt hierbij een rol. Door de druk van de ontlasting wordt de inhoud van de anaalklieren via twee dunne afvoerbuisjes uit de anaalklier geperst.  Maar ook een paniekreactie van de hond kan het legen van de anaalklieren veroorzaken. Vanwege de penetrante geur zal je dit meestal niet ontgaan, zeker niet wanneer het binnenshuis gebeurt.
Indien de anaalklieren zich niet regelmatig op de normale manier legen raken ze overvuld. De vloeistof hoopt zich op en raakt ingedroogd, waardoor het al helemaal niet meer mogelijk is dat de inhoud via de nauwe afvoergangetjes de anaalklier verlaat. Het gevolg is dat er jeuk ontstaat. De hond zal gaan likken aan de anus, of bijten aan het gebied rond de staart.

Sleetje rijden

Een ander typisch verschijnsel bij een hond met overvulde anaalklieren is het zogenaamde ‘sleetje rijden’. De hond gaat hierbij op zijn anus zitten en probeert vervolgens naar voren of naar achteren te schuiven. De reden van dit gedrag is natuurlijk duidelijk: jeuk!

Anaalklierabces

Nog vervelender wordt het wanneer de overvulde anaalklier ontstoken raakt. De jeuk maakt dan plaats voor pijn en de hond krijgt koorts en voelt zich ziek. Vaak valt het op dat het gebied onder de staart er rood en gezwollen uitziet. De anaalklier is niet alleen meer overvuld, maar er is een anaalklierabces ontstaan. Na enkele dagen breekt het abces meestal door, waarbij de inhoud naar buiten komt.

Behandeling

In geval van jeuk door overvulde anaalklieren is het probleem op te lossen door de klieren met de hand leeg te maken. De dierenarts zal hiervoor met de vingers van achter uit de inhoud via de afvoergang naar buiten duwen. Het is een vervelende behandeling die de meeste honden ook niet op prijs stellen. Het probleem is hiermee gelukkig wel verholpen.
Is er inmiddels een abces ontstaan, dan is dit legen niet meer mogelijk. Niet alleen zou dit veel te pijnlijk zijn voor de hond, de zwelling in en rondom de ontstoken anaalklier maakt het ook onmogelijk om de inhoud via het nauwe afvoergangetje naar buiten te krijgen. De hond zal in dat geval behandeld worden met antibiotica en ontstekingsremmers om de ontsteking en de zwelling te verminderen. Eventueel kan het abces geopend worden, als dit al niet spontaan is gebeurd.

Anaalklieroperatie

Nadat de anaalklieren zijn opgespoten met een kunsthars, worden ze via een sneetje naast de anus verwijderd.

Terugkerende anaalklierproblemen

Sommige honden hebben regelmatig last van overvulde anaalklieren. Een oorzaak die hiervoor wel genoemd wordt is dat de ontlasting niet hard genoeg is. Slappe ontlasting zou onvoldoende druk op de anaalklieren uitoefenen, waardoor deze zich niet voldoende ledigen. Terugkerende anaalklierproblemen zien we echter ook regelmatig bij dieren die wel stevige ontlasting hebben. Andere factoren zullen dus ook een rol spelen. Zorgen dat de hond stevige ontlasting heeft is een goed advies, maar dus niet afdoende als het gaat om het voorkomen van anaalklierproblemen.
Het preventief leegknijpen van de anaalklieren is niet aan te raden. De anaalklier kan hierdoor geïrriteerd raken, wat nieuwe problemen in de hand werkt.

Operatie

Bij honden die regelmatig last hebben van overvulde anaalklieren gaan we soms over tot het operatief verwijderen. Bij deze operatie worden de beide anaalklieren opgespoten met een kunsthars om ze goed te kunnen onderscheiden van de kringspier waar ze in zitten. Daarna worden de anaalklieren via sneetjes links en rechts van de anus verwijderd. Het is een operatie die best een aantal dagen flink wat ongemak oplevert voor de hond, maar daarna zijn de anaalklierproblemen wel definitief voorbij.

Waarschuwing: Het doel van dit artikel is achtergrondinformatie te geven over een bepaalde aandoening. Het vervangt niet het advies van een dierenarts en het is zeker niet de bedoeling dat u zelf de diagnose gaat stellen. Raadpleeg altijd een dierenarts als u twijfelt aan de gezondheid van uw hond of kat.

Foetor ex ore

De bruingele verkleuring die vooral op de hoektand goed te zien is wordt tandsteen genoemd.

De bruingele verkleuring die vooral op de hoektand goed te zien is wordt tandsteen genoemd.

Best wel gek eigenlijk. Wij mensen poetsen dagelijks onze tanden om verval van ons gebit te voorkomen, maar veel hondeneigenaren gaan er vanuit dat het gebit van hun hond zonder onderhoud een leven lang gezond blijft. Geheel ten onrechte. En gebitsproblemen bij honden en katten zijn niet alleen pijnlijk, maar kunnen ook de oorzaak zijn van veel ernstiger gezondheidsproblemen.

Een van de eerste dingen die erop wijzen dat er iets mis is met het gebit van de hond of kat is dat de adem niet zo fris meer ruikt. Foetor ex ore , heet dat in dierenartsenjargon, wat Latijn is voor ‘stank uit de mond’. Als u de bovenlip van de hond optilt kunt u waarschijnlijk de oorzaak wel zien. Een bruingele aanslag op de tanden en kiezen die we tandsteen noemen. Het is een harde, poreuze laag op de tanden waarin voedselresten en bacteriën achterblijven die zorgen voor de onaangename lucht. Onbehandeld zullen er tandvleesontstekingen ontstaan, kunnen de tanden los gaan zitten en uitvallen en niet te vergeten, zal het dier pijn krijgen.

Maar dat is niet het enige. De ontstekingen van het tandvlees kunnen zich verspreiden door het lichaam, met gevolgen voor allerlei organen. Regelmatige gebitsverzorging is dus van groot  belang voor de gezondheid van uw hond of kat. En dat is helaas iets waar nogal wat diereigenaren zich niet van bewust zijn. Tandsteen en alles wat daar uit voortkomt behoort tot de meest onderschatte gezondheidsrisico’s bij honden en katten.

Ter voorkoming van tandsteen kunt u kauwbotten of dental sticks geven, maar verwacht u daarvan geen wonderen. Dagelijks poetsen van de tanden is, net als bij mensen, de beste preventieve maatregel.  En als u dat niet ziet zitten, of wanneer uw hond dat niet toelaat dan kan uw dierenarts af en toe het tandsteen verwijderen. Hoe vaak dat moet gebeuren verschilt van dier tot dier. De ene hond of kat krijgt veel sneller tandsteen dan de andere. Kleine hondjes hebben er in het algemeen veel meer en eerder last van dan grotere dieren. Bij de jaarlijkse gezondheidscontrole en vaccinatie zullen wij ook het gebit controleren en met u overleggen of gebitsbehandeling nodig is.

kader tandsteen

Gebitsbehandeling wordt altijd onder narcose gedaan. Zonder narcose is het bij sommige honden wel mogelijk om voorin de bek wat tandsteen weg te halen, maar een goede gebitsverzorging is bij een dier dat niet slaapt niet mogelijk. De kiezen achter in de mondholte zijn op die manier niet bereikbaar en het verwijderen van los zittende elementen is al helemaal niet mogelijk. Regelmatig krijgen wij vragen over het risico van de narcose. Begrijpelijk. Wij zullen altijd uw hond of kat uitgebreid onderzoeken om vast te stellen of er sprake is van een gezondheidsprobleem dat het risico zou kunnen verhogen. Soms zullen we, met name bij oudere dieren,  eerst een bloedonderzoek doen. Het risico van de narcose is op die manier minimaal. En mocht er sprake zijn van een afwijking die het risico van de narcose verhoogt, dan zullen wij dit vooraf met u bespreken. Vergeet niet dat het onbehandeld laten van de ontstekingen in de mond vaak een groter risico is dan dat van de narcose!

Een bijkomend voordeel van een gebitsbehandeling is dat de hond weer een frisse adem heeft. Ex foetor ex ore!