Hypothyreoïdie bij de hond

Hypothyreoïdie is de officiële naam die gebruikt wordt voor een te traag werkende schildklier. Het is een aandoening die bij middelgrote en grote honden regelmatig gezien wordt.

In principe kunnen honden van alle rassen deze ziekte krijgen, maar bij een aantal rassen zien we de aandoening duidelijk vaker. Golden retrievers, Labradors, Doberman pinchers, Ierse setters, Cocker spaniels en Airedale terriers zijn enkele voorbeelden van rassen waarbij hypothyreoïdie vaker dan gemiddeld voorkomt. Bij Duitse herders en kruisingen zien we deze aandoening juist minder vaak. Bij de miniatuur rassen zien we slechts zelden een te traag werkende schildklier.

Oorzaak

De oorzaak van een te traag werkende schildklier ligt bij het dier zelf. Het immuunsysteem van de hond richt zich tegen de eigen schildkliercellen en veroorzaakt daardoor een langzame vernietiging van de schildklier. Waarom dit gebeurt is niet bekend. Ziekten waarbij het lichaam zich keert tegen de eigen cellen noemen we auto-immuun ziekten.

Gevolg

De taak van de schildklier is de productie van het schildklierhormoon Thyroxine, ook vaak aangeduid als T4. Als gevolg van de afbraak van de schildklier zal bij honden met hypothyreoïdie steeds minder van dit hormoon aangemaakt worden.

Verschijnselen

Thyroxine speelt een belangrijke rol bij de regulering van de stofwisseling. Omdat een goede stofwisseling van belang is voor alle organen in het lichaam kunnen honden met een te traag werkende schildklier allerlei verschillende verschijnselen krijgen. De volgende symptomen kunnen bij honden met hypothyreoïdie voorkomen:

  • Sloomheid, veel liggen, sjokkende gang
  • Dik worden ondanks weinig eten
  • Niet afvallen ondanks een afvaldieet
  • Wisselende kreupelheid aan wisselende benen
  • Vachtproblemen zoals jeuk, schilfers en kaalheid
  • Warme ligplaatsen opzoeken
  • Trage hartslag

Diagnose

Het is vaak niet eenvoudig om de diagnose hypothyreoïdie bij de hond definitief te stellen. Bovenstaande symptomen zijn niet specifiek, dat wil zeggen dat deze verschijnselen ook bij dieren voor kunnen komen die aan een andere aandoening dan een te traag werkende schildklier lijden. Verder vertonen honden met hypothyreoïdie meestal niet alle van de genoemde verschijnselen. Vooral het gecombineerd voorkomen van een aantal van de opgesomde symptomen zal bij de dierenarts de verdenking hypothyreoïdie veroorzaken.
Bij een hond die verdacht wordt van een te traag werkende schildklier zal de volgende stap zijn het uitvoeren van een bloedonderzoek. Hierbij zal als eerste de concentratie van het schildklierhormoon gemeten worden. Bij dieren met hypothyreoïdie zal die concentratie duidelijk lager zijn dan bij gezonde honden. Tot zover lijkt de diagnose dus eenvoudig.
Er is echter een probleem: er zijn diverse ziekten buiten de schildklier die een (tijdelijke) verlaging van het T4 gehalte in het bloed veroorzaken. Uit een laag T4 in het bloed mag dus niet automatisch de conclusie getrokken worden dat er sprake is van een te traag werkende schildklier. Vaak zullen nog andere bloedtesten uitgevoerd moeten worden die, samen met het voorkomen van een of meer van de hiervoor genoemde verschijnselen, tot de diagnose hypothyreoïdie kunnen leiden.

Behandeling

De behandeling van honden met hypothyreoïdie is eenvoudig. Door dagelijks tabletjes met schildklierhormoon te geven zal de concentratie in het bloed normaal worden en zullen de meeste verschijnselen na enkele weken verdwijnen.  De hond dient wel levenslang behandeld te worden.

Waarschuwing: Het doel van dit artikel is achtergrondinformatie te geven over een bepaalde aandoening. Het vervangt niet het advies van een dierenarts en het is zeker niet de bedoeling dat u zelf de diagnose gaat stellen. Raadpleeg altijd een dierenarts als u twijfelt aan de gezondheid van uw hond of kat.

Delen via: Share on facebook
Facebook
0